Oudkerk
Tocht: 208(1)
Bezocht op: 27 januari 2014
Provincie: Friesland

Oudkerk heeft natuurlijk ook zijn Friese naam: “Aldtjerk”. Gelukkig rijdt het autoverkeer rond het dorp, zodat de hoofdstraat tijdloos blijft. De kerk ligt op een terp en op de begraafplaats is het familiegraf van de familie Sminia. Een zuil gedenkt één van hun zonen, die als verzetsman vlak voor het einde van WO2 in Duitsland werd doodgeschoten. Zijn twee broers konden onderduiken.
De Sminia’s leefden sinds 1681 op een state genaamd “De Klinze”. Net als veel rijken woonden men ’s winters in de stad Leeuwarden en in de zomer op hun buitenplaats. Die buitenplaats staat er nu nog. Wel moet men een lange oprijlaan passeren, waar 200 jaar geleden nieuwe eiken werden gepland. Die staan er nu nog, uitgegroeid tot monumenten. Het gewone volk moest wel over het pad achter de beukenhaag lopen en op tijd de pet afnemen. Toch blijkt uit verhalen dat de familie geliefd was en voor de bevolking altijd wel een baantje wist te vinden. Ze hielden van hun paarden en waren tevens boeren. De laatste freule moest met veel verdriet in 1966 De Klinze verkopen. Ze is er nooit meer terug geweest. In Den Haag nam ze haar oude beroep van verpleegster weer op. De Klinze is nu een hotel, waar het goed toeven is. De geschiedenis krijgt men er gratis bij. In het dorp staat nog het huisje en de werkplaats van de timmerman met de bijnaam “Snoek”. Hij maakte kruiwagens voor vrienden en bekenden. Aan de muur hangt een gevelsteen, waar hij bezig is een wagenwiel te maken. De ”Weinmakker” staat eronder. Hij werd in het dorp Snoek geneoemd, omdat hij in zijn werkplaats de koppen van gevangen snoeken hing. In de stilte van de avond klinkt zachte muziek. In het dorpshuis dansen stevige grijze vrouwen met overgave hun volksdansen.